Symbiose trauma, ook wel bekend als "relatietrauma" of "hechtingstrauma", verwijst naar de schadelijke effecten van verstoorde of ongezonde hechtingsrelaties in de vroege kindertijd. Het ontstaat wanneer er langdurige negatieve interacties zijn tussen een kind en zijn/haar ouders of verzorger, die normale hechtingsprocessen verstoren.
Letterlijk betekent symbiose dat er een trauma is ontstaan tussen ouders en kind in de symbiose. Met als gevolg dat het kind de traumagevoelens overneemt van de ouder.
De oorzaak is symbiosetrauma omdat het kind nooit geleerd heeft van zijn ouders onderscheid te maken tussen de gevoelens die van hemzelf zijn of van zijn ouders.
Wanneer één of beide ouders getraumatiseerd zijn, kan het kind niets anders dan zich ontwikkelen aan de opvoedingsstijl(en)van zijn getraumatiseerde ouder. Dat de opvoedingsstijl van ouders niet gezond is, en dit overdraagt aan zijn kinderen, is een onbewust proces. Symbiose trauma kan optreden als gevolg van fysiek misbruik. emotioneel misbruik, continu in stress of angst leeft, verwaarlozing of andere vormen van trauma in de vroege kindertijd.
In een gezonde hechtingsrelatie ontwikkelt een kind een gevoel van veiligheid, vertrouwen en verbondenheid met zijn/haar verzorger. Dit biedt het kind een basis voor emotionele en psychologische ontwikkeling.
Bij symbiose trauma is er echter sprake van verstoorde hechting. waarbij het kind onvoldoende emotionele respons, zorg en stabiliteit ervaart. Dit kan leiden tot een breed scala aan negatieve effecten op het welzijn en de ontwikkeling van het kind, zowel op emotioneel als op sociaal niveau.
De gevolgen van symbiose trauma kunnen onder andere bestaan uit angst, depressie, moeite met het aangaan van gezonde relaties, problemen met zelfregulatie en zelfbeeld, en een verhoogd risico op andere psychische aandoeningen.
Deze effecten kunnen zich vaak voortzetten tot in de volwassenheid, tenzij er effectieve interventie en herstel plaatsvindt.
Behandeling van symbiose trauma omvat meestal therapeutische behandeling gericht op het herstellen van de hechtingsrelaties, het bevorderen van veiligheid en vertrouwen, het verwerken van traumatische ervaringen en het ontwikkelen van gezonde coping-mechanismen.
Traumagerichte therapieën, zoals BRTT en TRB kunnen nuttig zijn bij het verwerken van het trauma en het bevorderen van herstel.
Kenmerken van symbiose trauma:
- Afsplitsing van gevoelens: Het kind scheidt zijn gevoelens van hulpeloosheid, machteloosheid, angst, woede, pijn en wanhoop af, omdat het voelt dat deze gevoelens niet gezien en erkend worden door de moeder. Het gevoel van afgewezen te worden door de moeder kan diep en ondraaglijk zijn voor het kind.
- Ontwikkeling van overlevingsstrategieën: Als gevolg hiervan ontwikkelt het kind strategieën om te overleven. Het kan zichzelf als waardeloos beschouwen en de schuld geven van de situatie. Omdat de ouders emotioneel of praktisch niet beschikbaar zijn, leert het kind dat het alleen op zichzelf kan vertrouwen en dat het alles zelf moet oplossen zonder om hulp te vragen.
- Omgekeerde rollen: Het kind ziet zijn ouders als hulpbehoevend en zwak en neemt de rol op zich van levensredder en beschermer van zijn getraumatiseerde ouders. Het kind gedraagt zich sterker en volwassener en kan zich verantwoordelijk voelen voor het gedrag van de ouder. De rollen worden omgedraaid: het kind gedraagt zich als de volwassene en ziet zijn ouders als kinderen om voor te zorgen.
- Overname van afgesplitste trauma-energie: Het kind verlangt naar emotioneel contact met zijn ouders en komt onbewust in contact met de afgesplitste traumatische energie en gevoelens. Het kind absorbeert deze energie en gevoelens. Voor het kind lijkt dit een normaal proces te zijn, omdat het opgroeit in een getraumatiseerd gezin en deze gevoelens als normaal ervaart. Hierdoor komt het kind niet in contact met een gezonde opvoedingsstijl en hechting, en draagt het deze ervaringen mee in zijn volwassenheid.
- Innerlijke chaos van gevoelens: Het kind kan een innerlijke chaos ervaren van gevoelens, zoals paniek, faalangst, fobieën, enzovoort.
- Identiteitsverwarring: Omdat gevoelens belangrijk zijn voor de ontwikkeling van een eigen identiteit, raakt het kind in verwarring over wie het werkelijk is.. Het kan moeilijk zijn om een stabiel gevoel van zelf te ontwikkelen en een eigen identiteit te vormen. Als gevolg hiervan neemt het kind niet alleen de traumagevoelens van de ouders over, maar neemt het ook in wezen de identiteit van de ouders over. Dit overschaduwt de eigen identiteit van het kind en belemmert de ontwikkeling van een eigen identiteit. De hechtingsrelatie, meestal met de moeder, raakt verstrikt. In een dergelijke relatie is het moeilijk om de grens tussen moeder en kind te bepalen. Veel van de gevoelens van het kind zijn een kopie van de getraumatiseerde moeder of vader. Het proces van het op passende wijze loskomen van de symbiotische relatie met de moeder, dat leeftijdsadequaat zou moeten plaatsvinden, wordt ernstig belemmerd.
Bron; inner journey
Reactie plaatsen
Reacties